Character Naam: Percy Jason Farrow Leeftijd: 17 Aandoening: Automutilatie
Onderwerp: Let me in your Room vr jul 06, 2012 4:17 am
Percy beet hard op zijn onderlip. Hij had het gevoel alsof hij een bank ging beroven. In elk geval zijn hart klopte als een gek in zijn keel. Het was nu een paar weken dat hij hier naar over geplaatst was. Disturbia was geen goede plaats meer voor hem, vanwege Jack. Best logsich, hij mocht dingen doen die andere patiënten niet mochten doen. Toch miste hij Stefan en Jared heel erg. Hij miste het kattenkwaad uit halen, zoals bewakers aan rijden. Nee dat was niet beste kattenkwaad wat ze hadden uit gehaaldt. Die drie weken isoleercel wilde hij niet nog een keer mee maken. Toch was het lachen. Maar naast dat miste hij voor al Dahlia. Hij kende haar al zo lang, de laatste tijd was echt geweldig. Na al dat gedoe met Fanta was hij eindelijk bij Dahlia, het meisje waar hij altijd al verliefd op was geweest. Maar nee iemand moest weer roet in het eten gooien door hem over te laten plaatsen ergens anders. Percy zuchtte zachtjes terwijl hij naar buiten liep. Hij bleef op zijn onderlip bijten terwijl hij ongezien zocht naar een rustig plekje ergens op het veld. Het moest ergens zijn waar hij niet opviel. Waar niemand hem kon zien. Achter een boom vond Percy zijn plaats waar hij rustig kon zitten. Hij kroop tegen de boom aan zodat hij op ging in de schaduw van de takken. Uit zijn tas haalde hij een boek. Moest hij daar nou zo zenuwachtig voor zijn? Percy sloeg het boek open en gleed met zijn ogen over de bladzijdes. Nam de woorden niet op in zijn hoofd maar was alleen maar bezig of hij opviel of niet. Niemand keek zijn kant op, mooi. Percy legde het boek in het gras en haalde opnieuw iets uit zijn tas. Hij was gek, het was echt gekkenwerk. Ze zouden er echt wel achter komen. Percy had zijn zakmes moeten inleveren die hij op disturbia nog wel had kunnen verbergen. Maar hier niet... Nu moest hij maar andere opties gaan vinden. Het lukte de eerste paar weken wel met ijskoud water en tegen muren slaan, maar nu was het niet meer genoeg. Hij wilde bloed zien, zoveel mogelijk als het kon.
Eigenlijk was het echt belachelijk wat hij van plan was. Als iemand er achter kwam zouden ze hem uit lachen. Hem misschien zelfs zielig vinden. Of slim. Percy haalde het scheermes uit zijn tas en keek nogmaals om zich heen. Niemand die hem gezien had, mooi. Hij legde de kop van het scheermes op de grond en zetten zijn voet er op. Hij trok aan de steel en als snel brak de kop er van af. Hij peuterde het plastic aan de zij kanten er af en al snel lagen de twee flinterdunne mesjes in zijn hand. Hij kon die makkelijk verbergen. Niemand die er aan zou denken dat hij scheermesjes gebruikte als snij materiaal. Een klein glimlachje kwam op zijn lippen toen hij het flinterdunne mesje op zijn blote huid. Zijn armen zaten onder de littekens. Vroeger was het nog overzichtbaar, op zijn linker arm zaten verschillende krassen die niet betekende en op zijn rechterarm zaten kaarsrechten littekens om te laten zien hoeveel mensen hij pijn had gedaan. Nu... Nu had hij overal littekens, maakte niet uit waar. Geen een litteken had een echte betekenis meer. Zijn benen zaten onder de littekens en wondjes en zijn armen. Hij streek met het mesje over zijn arm en de eerste bloeddruppels welde op. Man wat voelde dit goed!